IOCOB: Arts-acupuncturisten kunnen zich dus NU aansluiten
De arts-acupuncturisten kunnen zich nu aansluiten bij de reguliere artsen en de KNMG, want de biologische werkzaamheid is uitvoerig bewezen in fysiologische en dierexperimentele modellen.Onder de titel ‘Deurbeleid KNMG ter discussie (2)’ in Medisch Contact Nr. 39, op& 24 september 2004 (pagina 1506) schreven we dat we zeer verheugd waren over de opmerking van collega Kremer (MC 35/2004: 1342) dat voor complementaire artsen een plaats binnen de KNMG mogelijk wordt wanneer de biologische werkzaamheid van een behandelvorm aannemelijk is gemaakt.
We merkten op dat dan de Nederlandse Arts Acupuncturisten Vereniging toegelaten kan worden bij de KNMG, want de biologische werkzaamheid is uitvoerig bewezen in fysiologische en dierexperimentele modellen.
We gaven daarbij enkele voorbeelden:
- In een neuropathisch pijnmodel bij de rat aangetoond dat acupunctuur invloed uitoefent op de expressie van diverse genen die betrokken zijn bij de pijnverwerking.
- Acupunctuur heeft duidelijke effecten op de secretie van beta-endorfinen en andere neurotransmitters (dopamine, serotonine, NO) in bloed en liquor.
Collega Kremer verzocht ook om onafhankelijke studies uit te voeren. We merkten op dat dit niet gemakkelijk is, en dat in de reguliere geneeskunde een wirwar van afhankelijke relaties bestaat, zoals die tussen onderzoekers en de geneesmiddelenindustrie. In het belangrijke Amerikaanse tijdschrift JAMA stond: ‘het komt regelmatig voor dat in de gepubliceerde artikelen primaire uitkomsten verschijnen die in het protocol helemaal niet zijn genoemd.’ In bijna alle studies (92%) was er bovendien sprake van incomplete rapportage van uitkomsten.
We sloten ons betoog af met: ‘De kloof tussen reguliere geneeskunde en complementaire behandelwijzen blijkt kleiner te zijn dan de meesten van ons denken.’