Grootste objectieve website voor
 complementaire en alternatieve geneeskunde

IOCOB

Home > Ziekten > Kanker > Waarom kiezen kanker patienten voor alternatief?

Waarom kiezen kanker patienten voor alternatief?

Waarom kiezen kanker patienten voor alternatief? Dat is een vraag waar velen van ons zich over buigen. Wat mankeerde Sylvia S.? Nu een bijzondere analyse in een artikel van een Engelsman en een Australier in een sociologisch tijdschrift dat weinig dokters lezen. Het artikel verscheen in december 2007 en we bespreken het hier omdat het een paar duidelijke aanknopingspunten kan geven! Beleving van patienten en EBM zijn niet zonder meer compatibel, dat blijkt duidelijk uit de analyse van de twee sociologen.

Alternatieve geneeskunde wordt steeds populairder en ook het gebruik ervan door kankerpatienten neemt toe, in ieder geval op mondiale schaal. Het neemt zelfs zo duidelijk toe, dat het ministerie van gezondheid in Groot Brittanie wegen naar integratie zoekt:

"potential integration of CAM into the UK cancer services has become a key issue for the Department of Health."

Omdat we in Nederland net het KNMG debat gehad hebben, en steeds weer bepaalde vormen van redeneringen herhaald worden. De argumenten tegen alternatief zijn: het is niet bewezen, het is weg gegooid geld om CAM te onderzoeken, omdat het toch niet kan werken (Vereniging tegen de K argument). Laten we nu dan maar de sociologen aan het woord met hun inleiding:

Denkramen beperken!

De beweging naar een meer totale, minder exclusieve biomedische benadering van de kankerpatient is langzaam, aldus de auteurs. De meeste biomedisch gerichte artsen pleiten, om eerst te kijken naar de successen van een biomedische benadering, voordat alternatief gekeken kan worden. Zonde van het geld en de mankracht om daaraan te verspillen.

Echter: het paradigma of wel het denkraam van de reguliere arts staat die integratie in de weg. Dat is steeds duidelijker voor CAM artsen, patienten en sociologen…. Maar nog niet voor de dokters zelf, Piet Borst liet dat in de NRC van 15 december weer eens duidelijk zien, dank Piet!

En patienten willen de keuze zelf bepalen, en die keuze wordt niet gemaakt op basis van EBM alleen. Citaat:

However, the movement toward a more rounded, and less exclusively biomedical approach to cancer care has been slow. Although national cancer policy is increasingly advocating, albeit implicitly, ‘integrative’ and ‘patient-centred’ practice (DoH, 2000, 2004), a virtual stalemate in debate about ‘evidence’ and ‘efficacy’ has prevented any real progress being made.

Many biomedical clinicians and health researchers argue for the development of a biomedical-type evidence base before there is even consideration of using CAM therapies for National Health Service (NHS) cancer patients (Ernst, 2001). ‘Unproven’ therapies, it is argued, should not be offered to patients (House of Lords, 2000) due to risks of potential harm and wasting NHS resources.

However, an increasingly popular perspective among CAM practitioners, patient groups and some social scientists, is that professional gate-keeping, paradigmatic incommensura- bility and restrictive understandings of ‘evidence’ are the real barriers to state funding of CAM for cancer patients (e.g. Borgerson, 2005; Broom and Tovey, 2007).

Moreover, cancer patients themselves are increasingly choosing treatments regardless of their clinical ‘efficacy’ (e.g. Lewith et al., 2002); suggesting the pursuit of evidence-based medicine (EBM) in cancer care may have little resonance with many patients’ experiences.  

 

 Patienten begrijpen meer dan de dokter denkt

Het merendeel van de patienten begrijpen de aspecten van wetenschappelijk bewijs van kanker behandelingen, en de zin daarvan voor therapie keuze.  Maar tevens voelen velen dat de wetenschappelijke benadering alleen niet voldoende aansluit bij hoe hun lichaam zal reageren op de behandeling.

while cancer patients understand the nature of ‘scientific’ evidence per se, and its use- fulness in certain scenarios, many also perceive scientific evidence to be inadequate for measuring ‘effectiveness’ and thus predicting how their body will respond to treatment.  

De behoefte om zelf een band te krijgen met wat er aan het lijf gebeurd, en inzicht in de verschillende therapeutische mogelijkheden  is binnen de biomedische context moeilijk vorm te geven.  De biomedische context depersonalificeert en er ontstaat een gevoelde tweespalt tussen het eigen beleefde lijf en wat de dokter voorstelt aan wetenschappelijk onderbouwde behandelingen.

These very needs, we argue, are heightened for some patients through processes of depersonalization within biomedical contexts, creating a dialectical tension, for patients, between individuation (e.g. agency, self-responsibility and individualized healing) and depersonalization (e.g. cure rates and statistical probabilities), within which individual prognosis and age play an important role.  

EBM als negatieve factor in de beleving 

De sociologen gaan verder met hun analyse. EBM staat namelijk in de beleving sortoff haaks op wat de patient en de CAM arts proberen te bereiken. EBM wordt vaak aangehaald als reden om alternatief te weren. EBM maakt volgens critici ook een individuele benadering van de patient moeilijk. De biomedische oplossingen sluiten verder weinig aan bij de vragen van de patient. De EBM lijkt dan ook het centrale onderwerp om verder onder de loep te nemen.

EBM, as a policy framework, is often cited as a justification for the exclusion of CAM practices.

However, critics argue that EBM is, ideologically, highly restrictive, a threat to doctor–patient communication and to the value of individual clinical judgment (e.g. Mykhalovskiy, 2003).

Moreover, it may be the case that, increasingly, biomedical views on what constitutes effectiveness play less of a role in patients’ treatment choices and differ considerably from the views of many CAM practitioners (Borgerson, 2005).

Thus, the question of the barriers posed by EBM, and its therapeutic legitimacy, is a central issue that needs examining in terms of the potential role of CAM in cancer care.  

Never the two will meet?

Tot nu toe was de dialoog tussen CAM en regulier erg moeizaam. Onze eigen KNMG discussie is daar een mooi voorbeeld van. De structuur van het debat cirkelt altijd om het bewijs, de EBM. 

Efforts to prompt biomedical organizations and clinicians to critically engage in debates about ‘evidence’ production and address complex ideological and paradigmatic issues have been largely unsuccessful. A major schism persists between critics and proponents of CAM – a schism that largely settles on the issue of evidence.  

Ondanks ht feit dat er nu langzaam CAM-achtige infusen gestart worden in enkele kanker centra (healing touch, reflexologie, meditatie) is er nog een grote Freeze situatie. De echte interesse om over de paradigma kloof heen te reiken is nog moeilijk vindbaar. 

Thus far there has been lit- tle acknowledgement of, or preparedness to engage in, debates about the epistemological and ontological issues that arise in attempts to measure the ‘effectiveness’ of paradigmatically distinct modalities.  

Inzicht In Zelf 

Vanuit moderne sociologische analyses is duidelijk geworden dat:

1.  Het biomedische model van ziek en gezond wordt aangevuld met een zelf-gerichte geindividualiseerde opvattting van heling en ‘beter voelen’.

2. Het genezingsproces is een individu gerichte ontwikkeling,

3.  In dit proces spelen aspecten als het authentieke zelf een grote rol.

Dit klinkt behoorlijk abstract, maar de kern is dat ieder mens in zijn ziekte een uitdaging kan zien om het zelf te leren kennen en te zoeken en te voelen wat balans en ‘beter’ is, en hoe dat te bereiken. Dit sluit geheel aan op de moderne body-mind benaderingen die IOCOB elders op deze website bespreekt. Hoe zeggen de sociologen het: 

There have also been very recent attempts to theorize the potential implications, at an individual level, of new therapeutic models of care and their implications for changing notions of selfhood (e.g. Doel and Segrott, 2003; Sointu, 2006).

This work has examined the degree to which CAM use represents a significant shift in conceptions of disease and selfhood. In particular, the notion of wellbeinghas emerged recently as a potentially useful concept for characterizing what CAM offers to the individual.

Departing from biomedical notions of being ‘cured’, ‘healthy’ or ‘disease-free’, wellbeing encapsulates notions of authenticity, recognition and self-determination; restructuring ‘health’ as a subjective and individualized process (Bishop and Yardley, 2004; Sointu, 2006).

CAM use is thus conceptualized as a project of the self – an individual search for recognition as being an authentic self that is both ‘discovered’ by the individual and shaped by the nature of individual therapeutic practices.  

De essentie van het probleem binnen kanker: CAM versus regulier wordt door hen als volgt gezien, en ze verlaten daarmee de focus van de verschillende paradigma’s:

Rather than reflect- ing broad paradigmatic change, we argue that the increasing presence of CAM in cancer care should be characterized as a dialectical tension between thera- peutic processes engendering individuation (e.g. agency, self-responsibility, wellbeing, individual healing) and depersonalization (e.g. cure rates, probabili- ties, abstraction). Moreover, the ways in which patients attempt to manage this dialectic is deeply embedded in the nature of their disease (i.e. disease stage and prognosis) and their age.  

De sociologen testen hun visie in een project, waarbij ze diepte interviews hielden met 80 kanker patienten. Dit project duurde 30 maanden en leverde een grote hoeveelheid materiaal op, hoe patienten kanker behandelingen ervaren.

Eigen ervaring en gevoel kanker patienten 

De meeste patienten vonden het erg moeizaam om voorgelicht te worden in termen van mogelijkhden om te genezen en de statistiek daarvan…: 

A significant proportion of these patients, regardless of whether they had opted to use CAMs or not, had ambivalent (if not negative) feelings towards statistics and probabilities on ‘cure’.  

Het was niet zo dat ze statistiek afwezen en niet geloofden, ze hadden grote problemen om de algemene gegevens te begrijpen vanuit hun eigen situatie. Om de essentie ervan toe te passen op zichzelf. Het bleef eigenlijk ‘verwegvanmijnbed kennis’.

Biomedicine was not, in large part, considered flawed as a discipline, nor were statistics viewed as hav- ing no use.

In fact, most of these patients acknowledged that statistics were accurate in terms of how the average numberof people will react to a partic- ular treatment. However, a significant proportion felt that this told them lit- tle about how they personally would react to treatment.  

De toepassing van de statistische gegevens op de eigen situatie  had duidelijk problemen:

a common view was that it was not that one had a certain percentage chance of survival, but rather, it was that a certain percentage of people would survive.

Initially this seems like split- ting hairs, but in fact, it vividly illustrates what many participants felt biomed- ical statistics could not give them – concrete knowledge about how they, a unique individual, would react to treatment.

Statistics were viewed as a crude conglomerate of disparate bodies and unique lives. 

De statistiek van overleving sloot dus duidelijk niet aan bij de situatie van de patient, het was een ervaren tegenstelling van koude getallen en het eigen levende lijf. En hoe kleiner de kans dat de patient zou overleven, hoe groter het gevoel dat statistiek niet helpt met het maken van een beslissing…

The more the ‘odds’ were ambigu- ous or negative, the more statistics were viewed as unable to predict. 

Het gebruik van CAM door de patient sloot aan bij onduidelijkheid en onzekerheid van het biomedische model:

These patients’ critiques of science, biomedical knowledge and utilization of CAMs, in this context, could be construed as a response to the uncertainty of an ambiguous diagnosis, and indeed, these patients were fully aware of this dis- course of CAM use.  

Statistiek was ook een negatieve hypno-factor: hoop en demoralisering werd er door in de hand gewerkt.

a strong desire to retain their own subjectivity and self-determination. Statistics, in many cases, were seen to demoralize and take away ‘hope’.  

Erger nog:

Scientific evidence and biomedical treatment processes were seen to limit human agency, produce anxiety, and in extreme cases even induce death as patients choose to ‘give up on life’.  

Statistiek en Zelf beleving

As a discipline, clinical epidemiology emerged as a method of ensuring that the clinician and the patient have a high degree of certainty about the effects of an intervention – all things being equal, processes of randomization are designed to produce accurate chances of treatment success.

As suggested by a number of the patients interviewed here, this very process of randomization and abstrac- tion may also obscure the impact of the individual on his/her body and disease.  

Keuze voor CAM

What emerged was a significant group of cancer patients prioritizing experien- tial knowledge and rejecting the need for scientific evidence in treatment deci- sions.

Some of the CAMs used including spiritual healing and psychic surgery involved, what some would consider quite exotic practices, but yet these patients chose to judge the therapies on their effect rather than the basis of the practice itself. For many respondents, the ‘science’ behind the treatments was irrelevant, and feeling ‘better in myself’ was the ultimate measure of whether a treatment was working or not.  

Beperktheden reguliere geneeskunde: gebrek aan vertrouwen

A number of patients felt that their ability to trust medical experts had been eroded by various medical controversies and perceived misinformation given to the public over the dangers of particular drugs and diseases.

Thalidomide, genetically modified food and mad cow disease were often used as examples of the fallibility of medical advice and the need to make one’s own assessments of both risk and benefit.  

Conclusie van de sociologen

De biomedische benadering domineert in de geneeskunde. Maar de patient leeft in zijn eigen ervarings wereld. Daar spelen de kille wetten van getallen en kansen geen rol.  De patient wil weten wat is de rol van de wetenschap om mij te helpen in mijn eigen proces? Hoe pas is de algemene kennis toe op mijn leven NU. De alternatieve en complementaire dokters sluiten beter aan op de noden en de angsten van de patient. Zij bevinden zich in een exitentiele crisis, oog en oog met de dood. Daar helpen kansen en getallen niet. CAM artsen leveren meer elementen die de patienten helpen om weer een stap verder te zetten. Toch weer omdat ze de kennis individualiseren en dichter de patient zelf gaan staan. Zonder al te veel statistieken en getallen ertussen….

Het is nog wel complexer dan dit hoor, daarom hebben we zoveel citaten gegeven. Voor de echte dyhearts, omdat dit sociologische artikel niet in de medische databases te vinden is! 

Citaat conclusie: 

UK cancer policy in relation to CAM is in its infancy, and that which does exist is largely directed by a need for a biomedical-type evidence base.

This current policy trajectory does not acknowledge the kinds of ontological and epistemological complexities that the cancer patients interviewed here engage with, such as: what constitutes ‘evidence’ for me, in my life; does abstract biomedical knowledge apply to the individual; and exactly who (and what) decides what constitutes legitimate knowledge of disease and treatment processes?

As illustrated in these patients’ accounts, decision-making about CAM is mediated by a range of complex personal and social processes and ‘scientific’ evidence may or may not play an influential role in decision-making.

This is largely a reflection of the fact that many cancer patients seem acutely aware of the contingent and ultimately multi-faceted nature of evidence and knowledge of the body.

We argue, therefore, that the production of a biomedical-type evidence base for CAM may not actually have a significant influence on cancer patients’ decisions to use, and views of, CAM.

Policy must reflect the types of complex issues that cancer patients face in decision-making and treatment processes including the multi-faceted nature of the notions of ‘evidence’ and ‘effectiveness’.  


Bron

Tovey, P. and Broom, A. The Dialectical Tension Between Individuation and Depersonalization in Cancer Patients’ Mediation of Complementary, Alternative and Biomedical Cancer Treatments. Sociology, Volume: 41, Issue: 6 (December 2007), pp: 1021-1039  

Literatuur 

Anspach, R. (1988) ‘Notes on the Sociology of Medical Discourse’, Journal of Health and Social Behaviour29: 357–75. Bakx, K. (1991) ‘The “Eclipse” of Folk Medicine in Western Society’, Sociology of Health and Illness13: 20–38. Beck, U. (1992) Risk Society. London: Sage.  

Bishop, F. and L. Yardley (2004) ‘Constructing Agency in Treatment Decisions’, Health8(4): 465–82.

Borgerson, K. (2005) ‘Evidence-Based Alternative Medicine?’ Perspectives in Biology and Medicine48(4): 502–15. Broom, A. (2002) ‘Contested Territories: The Construction of Boundaries Between “Alternative” and “Conventional”

Cancer Treatments’, New Zealand Journal of Sociology17(2): 215–34. Broom, A. and P. Tovey (2007) ‘Therapeutic Pluralism? Evidence, Power and Legitimacy in UK Cancer Services’, Sociology of Health and Illness29(3): 551–69.

Cassileth, B. and A. Vickers (2005) ‘High Prevalence of Complementary and Alternative Medicine Use Among Cancer Patients’, Journal of Clinical Oncology23: 2590–2. Charmaz, K. (1990) ‘ “Discovering” Chronic Illness: Using Grounded Theory’, Social Science and Medicine30(11): 1161–72.

Department of Health (2000)NHS Cancer Plan. London: Department of Health. Department of Health (2004) The NHS Cancer Plan and the New NHS. London: Department of Health.

Doel, M. and J. Segrott (2003) ‘Self, Health, and Gender: Complementary and Alternative Medicine in the British Mass Media’, Gender, Place and Culture 10(2): 131–44. Eastwood, H. (2000) ‘Postmodernisation, Consumerism and the Shift Towards Holistic Health’, Journal of Sociology 36: 133–55.

Ernst, E. (2001) The Desktop guide to CAM. Edinburgh: Mosby. Ernst, E. and S. Cassileth (1998) ‘The Prevalence of Complementary/Alternative Medicine in Cancer: A Systematic Review’, Cancer83: 777–82. Giddens, A. (1991) Modernity and Self-Identity. Stanford, CA: Stanford University Press.

House of Lords (2000) Report on Complementary and Alternative Medicine. London: House of Lords. Kaptchuk, T. and D. Eisenberg (1998) ‘The Persuasive Appeal of Alternative Medicine’, Annals of Internal Medicine129(12): 1061–5.

Lewith, G., J. Broomfield and P. Prescott (2002) ‘Complementary Cancer Care in Southampton’, Complementary Therapies in Medicine10: 100–6. Low, J. (2004) ‘Managing Safety and Risk’, Health8(4): 445–63.

Lupton, D. and J. Tulloch (2002) ‘Risk is Part of Your Life: Risk Epistemologies Among a Group of Australians’, Sociology36(2): 317–35.

McClean, S. (2005) ‘‘‘The Illness is Part of the Person”: Discourses of Blame, Individual Responsibility and Individuation at a Centre for Spiritual Healing in the North of England’, Sociology of Health & Illness27(5): 628–48.

Morris, K., N. Johnston, L. Homer and D. Walts (2000) ‘A Comparison of Complementary Therapy Use Between Breast Cancer Patients and Patients with Other Primary Tumor Sites’, American Journal of Surgery 179(5): 407–11.

Mykhalovskiy, E. (2003) ‘Evidence-Based Medicine: Ambivalent Reading and the Clinical Recontextualization of Science’, Health7(3): 331–52.

Pope, C. (2003) ‘Resisting Evidence: The Study of Evidence-Based Medicine as a Contemporary Social Movement’, Health7(3): 267–82. Rayner, L. and G. Easthope (2001) ‘Postmodern Consumption and Alternative Medications’, Journal of Sociology 37(2): 157–76.  

Siahpush, M. (1998) ‘Postmodern Values, Dissatisfaction With Conventional Medicine and Popularity of Alternative Therapies’, Journal of Sociology34(1): 58–70. Sointu, E. (2006) ‘Recognition and the Creation of Wellbeing’, Sociology 40(3): 493–510.

Tavares, M. (2003) National Guidelines for the Use of Complementary Therapies in Supportive and Palliative Care. London: The Prince of Wales’ Foundation for Integrated Health.

Tovey, P. and J. Adams (2003) ‘Nostalgic and Nostophobic Referencing and the Authentication of Nurses’ Use of Complementary Therapies’, Social Science and Medicine56: 1469–80.

Tovey, P., K. Atkin and T. Milewa (2001) ‘The Individual and Primary Care: Service User, Reflexive Choice Maker and Collective Actor’, Critical Public Health11(2): 153–66.  

Berichten

  1. Erik schreef:

    Prachtige kennis vanuit sociologische hoek.
    En hoeveel medisch dagelijks-handelen is ECHT Evidence-based?
    Waar hebben die antiCAMmers het dus over!
    Voor tandheelkunde heb ik dit onderzocht en er blijken slecht 20 full-proof meta-analyses te zijn in de Cochrane-library.

  2. larosadereus schreef:

    Wel, ik kan niet voor alle kankerpatiënten spreken, maar ik heb een cliënt aan wie een jaar geleden longkanker werd gediagnosticeerd. Sindsdien is heb begonnen met de klassieke medische behandelingen: chemotherapie, bestraling, enz. Sinds het begin had hij veel last van deze behandeling: herseninfarct, longontsteking, ontsteking in de rechte knie, hartklachten, extreme vermoeidheid, maagproblemen…
    De lijst stopt niet hier en nu is hij halfblind, na een behandeling met een antikanter farmaceutisch product die trouwens ontzettend duur is. De man, 59 jaar oud, leeft nog altijd maar op een bijna vegetatieve vorm. Toch wil hij nog een volgende chemokuur aan beginnen, hij blijft geloven dat de medische wereld allen hem kan genezen.
    Mijn cliënt denkt dat als hij met de medische behandeling stopt hij op korte termijn van zijn longkanker gaat sterven. Hij volgt geen andere complementaire therapie, hij gelooft niet in.
    Ik vraag me af waarom de farmaceutische ‘wetenschap’ geen statistieken publiceert over het aantal kankers die met de gangbare kuren zijn genezen. En wie kan beweren die een medicament een kanker heeft genezen? Het is immers een feit dat sommige mensen overleven een of meer vormen van kanker, maar veel andere sterven.
    Ik zie dus een mens die na een jaar medische behandeling tegen kanker, nog leeft. Maar in zijn lichaam blijft geen orgaan die niet door de behandeling aangetast is. Het is dus logisch dan veel mensen, na zulke behandelingen andere therapieën zoeken die hun levenskwaliteit kunnen verhogen. Bovendien bestaat ook een minder bestudeerde factor, namelijk dat de wil en innerlijke kracht van de patiënt een enorme genezingskracht inhoudt.
    De alternatieve en complementaire therapieën mogen geen genezende krachten aankondigen. En wie dan wel?
    De misleiding komt niet alleen van een kant. Persoonlijk zou ik kiezen voor een korte maar hoog kwalitatief levensduur, tegenover maanden pijnlijke en destructieve behandelingen die geen garanties bieden voor genezing.
    Het blijft uiteraard een persoonlijke keuze, maar als we over misleiding spreken, moeten wij ook heel kritisch en objectief naar de huidige medische behandelingen kijken.

  3. Kanker schreef:

    DR. W. HUPPES START ZELFHULPGROEP KANKERPATIENTEN!

    Dr. Wim Huppes, internist, biotechnoloog, filosoof en (prostaat) kankerpatient start zelfhulpgroep tegen kanker met ondermeer DCA (dichloorazijn). Hij treed op als prive persoon zonder banden met officiële instanties.

    Mensen met terminale kanker kunnen lid worden van de zelfhulpgroep. Zij wisselen met elkaar informatie uit. Zij onderzoeken of de behandeling met DCA (dichloorazijn) en HAART hen helpt hun kanker te bestrijden. Wim Huppes ( w.huppes@chello.nl ) is lid als patiënt.

    Leden wordt aangemoedigd ook andere wegen tot genezing te zoeken. Informatie over de behandelingen van de leden zal worden bijgehouden. Mochten er aanwijzingen zijn dat een bepaalde vorm van behandeling tot genezing kan leiden dan worden de leden daarover zo spoedig mogelijk geïnformeerd. Zie voor alle verdere info deze link: http://natriumbicarbonaat-info.blogspot.com/

    Ton (lid landelijke Werkgroep Welzijn Kankerpatienten, W.W.K.) en webmaster van: http://natriumbicarbonaat.blogspot.com voor alle verdere informatie.

    PS
    Website W.W.K. : http://www.kankerwelzijn.nl (operationeel per 1-11-2008)
    Website Proefproces W.W.K.: http://www.mijnervaringmetchemo.nl/ (operationeel 1-11-2008)
    Website boek: Chemo?Of kan ik zelf kiezen? : http://www.chemo-versus-hippocrates.nl/
    (operationeel 1-11-08). Boek verkrijgbaar bij boekhandel of uitgever: http://www.succesboeken.nl

  4. Kanker schreef:

    NIEUW IN NEDERLAND!

    Medio december 2008 is een Nederlandse informatieve DCA-website (en overige) online geworden: http://dcasite.nl/home/ waarop ook een bericht over de twee Belgen die recent hun kanker hebben overwonnen met DCA: http://dcasite.nl/Laatste%20nieuws/ en ook informatie over Gc-MAF een vitamine-D verbindend eiwit dat kanker 100% blijkt te genezen!

    Info DCA wereldwijd: http://www.thedcasite.com/index.html en verslaggeving patienten: http://www.thedcasite.com/DCA_reports.html

    Ton Claessen, lid landelijke Werkgroep Welzijn Kankerpatienten, W.W.K.: http://www.kankerwelzijn.nl en http://www.chemo-versus-hippocrates.nl/ en tevens webmaster van: http://www.natriumbicarbonaat.blogspot.com voor verdere info effectieve behandelingen!

  5. Kanker schreef:

    Gc-MAF INJECTIES (VITAMINE-D) BLIJKEN KANKER VOOR 100 % TE GENEZEN!

    Injecties met Gc-MAF, een vitamine-D verbindend eiwit, werken zeer effectief (100% genezing bij 40 kankerpatienten) als vernietiging van en bescherming tegen terugkeer van ondermeer darm- prostaat- en borstkanker, zo is gebleken uit 3 los van elkaar staande studies. Gc-MAF speelt ook een genezende rol bij AIDS, COPD (chronische longaandoening) en ernstige verwondingen. Gc-MAF lijkt ook een bepalende rol te spelen bij herstel van immuunziektes en activering van het eigen immuunsysteem!!

    Het wondermiddel kreeg de medische benaming Gc-Maf en is een natuurlijk geproduceerde molecule waarin glucose en eiwit vermengd worden. Uit Japans onderzoek blijkt nu dat de therapie binnen het jaar alle kankercellen van 40 patienten vernietigde, en terugkerende cellen ook later, na de officiele genezing, af-stootte. De resultaten, die onlangs gepubliceerd werden in het ‘International Journal of Cancer’, kunnen een DOORBRAAK betekenen als succes ook bij een grotere groep mensen bewezen wordt.

    Voorlopig werd er enkel onderzoek gedaan op patienten met prostaat- borst- en darmkanker, maar het team van Dr. Nobuto Yamamoto is ervan overtuigd dat Gc-Maf ook andere en meer agressievere vormen van kanker, zoals bijvoorbeeld leukemie/vergelijkbare, succesvol kan bestrijden!!

    Bij darmkankerpatienten vernietigde de therapie alle tumorcellen na 35 tot 50 wekelijkse injecties. De tumoren van de zestien prostaatkankerpatienten waren na 14 tot 25 weken geelimineerd, en bij de zestien borstkankerpatienten was er sprake van succes na een periode van 32 tot 45 weken!!!

    OPMERKELIJK: bij geen enkele patient was er sprake van een recedief (terugkeer kanker) in de eerste zeven jaar na de succesvolle behandeling en er werden gedurende die periode ook geen kwalijke bijwerkingen waargenomen. Lees eventueel uitgebreid verder: http://natriumbicarbonaat-info.blogspot.com/2008/12/gc-maf-injecties-werken-100-genezend.html

    Voor nog meer informatie: http://www.volkskrantblog.nl/bericht/232471 en/of: http://www.kanker-actueel.nl/index.php?blz=on_re&id=13213 of bij deze Engels-talige website: http://www.lewrockwell.com/sardi/sardi84.html

    Was u van deze, toch zeer belangrijke informatie, op de hoogte? Wij denken en weten bijna zeker van niet want, er is nagenoeg geen media aandacht voor geweest en dat is vreemd! Toch manipulatie? Trek uw eigen conclusies maar weer.

    Ook bij deze, recent achterhaalde, Engelstalige-website zeer veel info over Gc-MAF: http://www.godlikeproductions.com:80/forum1/message552963/pg1

    Correspondence to Dr. N.Yamamoto: Division of Cancer and Molecular Immunology, Socrates Institute for Therapeutic Immunology, 1040 66th Ave, Philadelphia, PA 19126-3305, USA. E-mail Dr.N.Yamamoto: nobutoyama@verizon.net

    MAAR VITAMINE-D DOET NOG (VEEL) MEER:
    Zie:http://www.ad.nl/diagnose/2774653/Vitamine_D_doet_meer_dan_gedacht.html http://www.telegraaf.nl/etenengenieten/culinisten/felixwilbrink/article1343450.ece

    Ton Claessen, lid van de landelijke Werkgroep Welzijn Kankerpatienten, W.W.K: http://www.kankerwelzijn.nl en http://www.chemo-versus-hippocrates.nl/ en tevens webmaster van: http://www.natriumbicarbonaat.blogspot.com voor meer info effectieve alternatieve behandelingen van kanker…. en die zijn er absoluut, maar worden vaak doodgezwegen of in discrediet gebracht door mogelijke handlangers van de VtdK!

  6. Marer schreef:

    Betreffende het onderzoek van Dr.N.Yamamoto naar Gc-MAF:
    “All the patients involved had received standard treatment for their cancer, including surgery, chemotherapy and/or radiotherapy. This is a somewhat unorthodox design for a trial of this kind, because it makes it very difficult to tell if any successes are due to the new drug, or the more conventional treatments”.
    Dus: alle onderzochte (slechts 40)patiënten zijn ook behandeld met de standaardtherapie voor kanker en kregen daarnaast nog Gc-MAF. Er valt daarom niet te wat de oorzaak is van hun herstel. Ook de tumorstadiëring is niet te vinden. Er kleven nog wel meer onvolkomendheden aan het onderzoek.
    Dus Gc-Maf injecties blijken (nog) geen WONDERMIDDEL.
    Het is dus verstandig niet teveel complottheorieën. zoals het niet willen publiceren, aan dit onderzoek toe te kennen.
    De kankerpatiënt wordt hier door meneer Claessen (aanhanger van de criminele, kwakzalver Simoncini) voor de zoveelste keer blij gemaakt met een (half)dode mus.
    Grotere trials zullen moeten volgen. Het zal nog wel even duren.

  7. Kanker schreef:

    LÉONIE SAZIAS IN GESPREK MET HENK TRENTELMAN

    De video (4 delen) waarin BN-er Léonie Sazias in gesprek is met (helaas) Nederlands meest ervaren kankerpatiënt en WWK-lid Drs. H.J. (Henk) Trentelman, heeft een update ondergaan per 5 april 2010. De nieuwe link om deze video’s te bekijken is: http://www.youtube.com/watch?v=xJrK2oxHCXc Zie voor meer info mijn bericht hieronder.

    Ton Claessen (64), lid/mede-initiatiefnemer/webmaster landelijke Werkgroep Welzijn Kankerpatienten (WWK): http://welzijnkanker.nl/index.htm en tevens webmaster van: http://www.natriumbicarbonaat.blogspot.com met als adagium… WIJ LATEN ONS NIET KISTEN!

  8. Anonymous schreef:

    OPRICHTING ACTIEGROEP THERAPIEVRIJHEID KANKERPATIËNTEN!

    Naar aanleiding van een oproep van Henk Trentelman en de Werkgroep Welzijn Kankerpatienten (WWK) om een actiegroep op te richten, die er voor gaat strijden om voor kankerpatiënten in Nederland therapievrijheid te krijgen heb ik, Linda Woudstra: http://tinyurl.com/ybjsl6y de handschoen opgepakt.

    Ik wil dat ervaringen van kankerpatiënten zoals die van Henk Trentelman en van mijzelf (ex-borstkankerpatiënt), serieus worden genomen en dat ook onze overlevingsstatistieken ergens worden vastgelegd! Niemand krijgt nu onder ogen wat het resultaat van een alternatieve therapie is omdat het niet wordt bijgehouden! Dat mogen en kunnen we de ruim 30% van de kankerpatiënten, die kiezen voor een alternatieve behandeling niet langer aandoen.

    Er hebben genoeg mensen geleden, er zijn genoeg borsten afgezet en meer dan genoeg mensen onnodig gestorven aan standaardbehandelingen die geen succes hebben. Ik begrijp niet waarom in een vrij land, dat zich altijd heeft voorgestaan op zijn liberale geest, zo ontzettend star kan zijn en mensen dwingt voor heel erg veel nutteloos besteed geld zich te onderwerpen aan behandelingen die aantoonbaar nauwelijks of geen resultaat bieden?!

    Ik verzoek iedereen deze informatie te verspreiden en mensen die geïnteresseerd zijn een bijdrage te leveren danwel informatie willen over de oprichting van deze actiegroep, zich bij mij te melden. Ik hoop dat ik op jullie (morele!) steun kan rekenen…. http://mijnstrijdtegenkanker.wordpress.com/

    Ir. Linda Woudstra (47) (biografie: http://nl.linkedin.com/pub/linda-woudstra/3/bbb/321)

    Volg mij via Blog en Twitter

    Volg vanaf heden mijn blog: http://mijnstrijdtegenkanker.wordpress.com/ (nog under construction!) waarop ik iedereen op de hoogte zal houden (als je een feed neemt) van de ontwikkelingen en ook Twitter: http://twitter.com/lindawoudstra

    Ton Claessen, lid/mede initiatiefnemer landelijke Werkgroep Welzijn Kankerpatienten (WWK) en tevens webmaster van http://www.natriumbicarbonaat.blogspot.com voor meer info.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.