Een kruidentuin van de Tibetaanse geneeskunde
In Sikkim, een gebied in India, en Nepal is onderzoek gedaan naar het voorkomen van het soort klachten bij patiënten en het gebruik van medicinale planten door Tibetaanse artsen. Wat blijkt: de kruidentuin van de Tibetaanse geneeskunde kent een variëteit die niet onderdoet aan die van de apotheker in het Westen.Het onderzoek werd uitgevoerd door een epidemioloog van het medische centrum van de Charité Universiteit in Berlijn (Duitsland) en is gepubliceerd in ‘The Journal of Alternative andComplementary Medicine’.[1]
Tibetaanse geneeskunde: fusion geneeskunde
De Tibetaanse geneeskunde is een smeltkroes van invloeden uit de Indiase ayurvedische geneeskunde, China, Midden-Azië, Iran en zelfs de oud-Griekse geneeskunde.[2]
Invloeden die hebben geleid tot een zienswijze waarin het menselijk lichaam een manifestatie is van de elementen lucht, vuur, aarde en water. In het lichaam nemen zij de vorm aan van de lichaamsvochten (Nyes-pa): gal (mkhris-pa), slijm (Bad-kan) en wind (Rlung) en zijn zij bepalend voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid van het individu. Nyes pa betekent letterlijk vertaald ‘kwalen’ en verwijst naar het uit balans zijn van de lichaamsvochten. Het uit evenwicht zijn van mKhris-pa wordt gerelateerd aan ‘warmte/hitte’, terwijl Bad-kan en Rlungmet een met ‘koude aandoening’ in verband worden gebracht. Buikpijn is een voorbeeld van een aandoening waar sprake is van ‘hitte’, een voorbeeld van‘kou’ is verkoudheid. Volgens de Tibetaanse geneeskunde is een verstoring van de lichaamsvochten in een individu het resultaat van een niet aan de omgeving en seizoenen aangepast gedrag en/of voedingspatroon.
Sporen uit de Griekse Klassieke Oudheid in de Tibetaanse geneeskunde worden zichtbaar met een kijkje op het besef dat de Grieken van de mens hadden: voor hen was de mens een afspiegeling van het heelal. Een microkosmos in de macrokosmos. Mens en heelal werden gevormd en gedreven door de vier elementen (aarde, lucht, water en vuur) en de lichaamsvochten gele en zwarte gal, bloed en slijm. Daarmee correspondeerden de vier seizoenen, vier windrichtingen en de vier levensperioden van de mens; kindertijd, jeugd,volwassenheid en ouderdom. Iedere levensfase van een mens hing samen met een van de elementen en lichaamsvochten en een deel van zijn/haar karakter, maar ook met gevoeligheid voor specifieke gezondheidsproblemen. De Griekse geneeskunde of humoraalpathologie is een van de hoekstenen uit de moderne Westerse geneeskunde. Een van de belangrijkste grondleggers van de humoraalpathologie was Hippocrates, een priester-geneesheer die leefde in 460-377 v.Chr.
De Diagnose: luisteren, voelen, kijken
De diagnose in Tibet is grotendeels gebaseerd op die van de Indiase ayurveda en kent drie soorten diagnostische technieken.[2]
De eerste techniek is auditief, waarbij de arts naar de manier van leven en het voedingspatroon van de patiënt kijkt. Tijdens de polsdiagnose, de belangrijkste techniek, probeert de arts de aard van de ziekte te begrijpen. Voelt de pols bijvoorbeeld warm, koud, glad of uitpuilend aan? De derde techniek is visueel van aard: de geneesheer kijkt naar de vorm en kleur van het lichaam, met veel aandacht voor de tong. Ook de urine van de patiënt wordt soms door de arts in samenstelling (geur en kleur) onderzocht.
Pijnklachten in Sikkim en Nepal
Enkele maanden hield de epidemioloog met een registratiesysteem bij wat voor pijnklachten een Tibetaanse arts diagnosticeerde en wat voor medicijnen hij voorschreef. De arts had een praktijk in Sikkim en Nepal. De meest voorkomende klachten waarmee de patiënten de artsen bezochten, waren in Sikkim een ‘koude aandoening’ (Bad-kan) van het lichaam, en in Nepal een combinatie van koud/warm (Bad-kan en mKhris-pa).In Sikkim en Nepal ging het in veel gevallen om klachten als pijn in de borst en abdomen, of pijn van het bewegingsapparaat (skelet), de gewrichten, heup, rug of knieën. In Sikkim werden meer gevallen van verkoudheid gerapporteerd, wat waarschijnlijk samenhangt met de seizoenswisselingen tijdens de studie. Ook duizeligheid (vertigo) kwam relatief veel voor op beide locaties, wat verband houdt met ondervoeding en het doen van lichamelijk zwaar werk, zoals werken in de landbouw.
Medicijngebruik
In totaal werden 71 verschillende medicijnen geregistreerd tijdens het onderzoek, afkomstig uit India en Nepal. Minstens 138 verschillende planten waren in de medicijnen verwerkt. Een gros van deze planten groeit op grote hoogten in de bergen en een kleiner deel in tropische en subtropische gebieden. Het aantal gevonden planten in het onderzoek maken nog geen kwart uit van de ruim 600 medicinale planten die in de Tibetaanse geneeskunde bekend zijn.
Naast bestanddelen van planten, bevatten Tibetaanse medicijnen ook vaak in kleinere hoeveelheden mineralen en dierenbestanddelen die zijn verwerkt tot een poedervormige substantie.
Voor klachten als pijn in de borst door verkoudheid werden medicijnen voorgeschreven die plantenbestanddelen bevatten van kamfer (Cinamomumcamphora), een bamboesoort (Bambusatexilis) en een bramensoort (Rubusniveus). Voor pijn in de gewrichten, rug of knieën, waren dit de monnikskap (Aconitum richardsonianum), een papaversoort (Meconopsis horridula) en sandelhout (Santalum albus). Voor meer informatie over ayurvedischegeneesmiddelen zie: http://www.himalayahealthcare.com/
Medicinale planten die in veel medicijnen werden teruggevonden staan in de volgende tabel weergegeven. De werking van deze planten berust op hun eigenschap dat zij een algemeen balancerende werkinghebben op de Nyes-pa, ofwel de lichaamsvochten.
Botanische naam |
Nederlandse naam |
Werkzaam bestanddeel |
Saussurea lappa |
Costus |
Plant met (bijna) zwarte bloemen waarvan de wortel de werkzame stof bevat. Wordt van oudsher gebruikt bij spijsverteringsklachten en ademhalingsproblemen. |
Inula racemosa |
Sonnenspeer |
Plant met gele bloemen waarvan de wortel wordt gebruikt voor hart-, ademhalings- en leverproblemen. |
Terminalia chebula |
Zwarte myrobalaan |
Boom waarvan de vruchten met hun (licht) laxerende eigenschappen vooral op het spijsverteringstelsel een stimulerende werking hebben. |
Emblica officinalis |
Kruisbes |
Boom waarvan het fruit, de kruisbes, vooral veen stimulerende werking heeft op het spijsverteringstelsel. |
De behandeling.
Tibetaanse geneeskunde voor het eerst vastgelegd!
Het onderzoek is een van het eerste dat de Tibetaanse diagnostiek van klachten en het voorschrijven van medicamenten vastlegt. De arts die in het onderzoek heeft meegedaan, heeft de registratiewijze van de onderzoeker overgenomen, wat een mooie kans biedt om de Tibetaanse geneeskundeverder inzichtelijk te maken. De nadruk ligt dan vooral op zijn effectiviteit en de veiligheid van de toegepaste therapeutische technieken en medicijngebruik.De Tibetaanse geneeskunde stoelt voor een groot deel op ayurvedische geneesmiddelen uit India. Middelen die volgens onderzoek door traditionele bereidingswijze zware metalen kunnen bevatten.
Het is nog onduidelijk wat de eventuele gezondheidseffecten van ongewenste bijmengsels in de medicijnen zijn.
Voor meer informatie zie: https://iocob.nl/https://iocob.nl/traditioneel/zware-metalen-in-ayurvedische-middelen.html
Referenties
[1]: Claudia MWitt, Nadine EJ Berling, Ngari Thingo Rinpoche, Mingji Cuomo, Stefan NWillich. Evaluation of MedicinalPlants as Part of Tibetan Medicine Prospective Observational Study in Sikkimand Nepal. The Journal of Alternative and Complementary Medicine. January 2009,15(1): 59-65. doi:10.1089/acm.2008.0176.
[2]: Chan M, Oriental Medicine: An Illustrated Guide to the Asian Artsof Healing. BMJ.1996; 312: 1166
Met Dank aan Drs. Juriaan Oosterman, bioloog
Ik heb borstkanker, kunt u me helpen met kruiden??
Ik geloof niet in bestraling/chemo
Ik geloof in kruiden zonder bijverschijnselen
Waar kan ik voor Tibetaanse kruiden terecht
Ik heb tinnitus
ISS het medicijn Agar 53 hier goed voor